Politie-inspecteur Evert Bäckström is bepaald geen toonbeeld van een rechtschapen burger, laat staan politie-inspecteur. Hij is lui, corrupt en cynisch en schept er voortdurend over op dat hij 99% van al zijn zaken oplost. Hij is een doorn in het oog van de jonge commissaris Annika Carlsson en de nieuwe officier van justitie, Hanna Hwass. Dan meldt het tienjarige jongetje Edvin zich bij hem met een menselijke schedel die hij gevonden heeft op het onbewoonde eiland Ofärdsön.