Omdat zijn vader en zijn moeder, zijn broertjes en zijn zusjes door een grote dure auto waren doodgereden, woonde Alfred Jodocus Kwak bij zijn stiefvader Henk de Mol in een woonklomp aan de oever van de Snelle Vliet in het riet van Groot Waterland. En als je daar in een bootje voorbij vaart dan hoor je misschien Alfred Jodocus Kwak zingen. 'Spetter pieter pater, lekker in het water, ga maar vast naar huis, ik kom een druppel later.' De muziekfabel van Alfred Jodocus Kwak (tekst: Herman van Veen; muziek: Herman van Veen, Erik van der Wurff, Harry Sacksioni) werd voor het eerst opgevoerd door het Amsterdamse Jeugdtoneel in Carré op zondag 29 augustus 1976. Elf jaar later zong en vertelde Herman van Veen de muziekfabel in verschillende Europese steden, begeleid door het Groot Waterlands Symphonie Orkest onder leiding van Erik van der Wurff. De voorstelling in de Elisabethzaal te Antwerpen werd opgenomen door Veronica televisie, regie Geert Popma.
