Op een dag verschijnt een klein meisje in de wereld van Cirkeline. Haar naam is Coco en ze lijkt precies op haar - alleen heeft ze een zwarte huid, krullend haar en een kroon. Ze is een prinses en ze vertelt Cirkeline dat ze uit het land komt waar chocolade groeit aan de bomen. Dat is een plek die Cirkeline's twee vrienden, Ingolf en Frederik, graag zouden willen bezoeken. Opa kent Afrika als zijn broekzak en dus gaan ze er naar toe met zijn vliegtuig en nemen ze Oswald mee: een vurige gehumeurde neushoorn die het beu is door de groten de les gelezen te worden. Hij zorgt ervoor dat onze vrienden geen problemen ondervinden.